Preek op Pinksteren 2023, 29 mei 2023
Op Pinksteren ontvangen de leerlingen van Jezus de Heilige Geest die hun de moed geeft om aan de wereld de Blijde Boodschap te brengen. Wij vieren dit omdat de Heilige Geest er ook voor ons is. Wij moeten oppassen om de Heilige Geest als iets geheimzinnigs, iets vaags en iets zweverigs voor te stellen. Alsof wij het gewone aardse bestaan zouden moeten loslaten en met ons hoofd in de wolken moeten leven. Wij vinden de Heilige Geest niet door de menselijke kant van ons leven te ontvluchten. De Heilige Geest is een goddelijke kracht die inwerkt op mensen. De apostelen zijn gewone mensen, ieder met zijn eigen aard. En het talenwonder dat we net hoorden vertelt dat de kerk uit mensen bestaat die ieder hun eigen taal, eigen cultuur en gewoontes hebben.
Niets menselijks is ons mensen van de kerk vreemd. Ook al heeft ons menszijn vaak onaangename kanten, waardoor wij elkaar behoorlijk kunnen ergeren. Maar dit menselijke wordt door de Heilige Geest beïnvloed. Zo, dat ons menszijn wordt getransformeerd. En zo kunnen wij door de kracht van de gestorven en verrezen Jezus anders met elkaar omgaan. Net als met de apostelen gebeurde.
Toen ze nog met Jezus naar Jeruzalem optrokken maakte de apostelen ruzie over wie van hen de voornaamste waren. De apostelen kenden net als wij, menselijke rivaliteit. Na de kruisdood van Jezus waren ze diep teleurgesteld. Het Koninkrijk dat Jezus beloofde leek een misluk-king. Jezus had duidelijk gefaald. Tegelijk voelden de apostelen zich schuldig. Ze hadden Jezus in de steek gelaten, toen hij gevangen genomen was, een van hen had hem verraden, en Petrus had hem verloochend. Maar door de Verrijzenis van Jezus en de komst van de Heilige Geest veranderden de leerlingen van Jezus. Niet door eigen kracht maar door een inzicht dat hun geschonken werd.
Jezus was niets anders dan de gevende liefde van God. En met die gevende liefde vergaf Jezus zijn beulen en ook zijn leerlingen. Eigenlijk gaat het hier om een heel grote vrijheid. Jezus leefde zelf uit die vrijheid. En vanuit die vrijheid heeft Hij zijn leven gegeven. Door de Heilige Geest kan iets van die gevende liefde na zijn Verrijzenis ook in ons doorbreken en een kans krijgen. Zo dat ook wij als iemand ons mishandeld heeft kunnen vergeven. Die gevende liefde maakt dat je niet krampachtig vast blijft houden aan je bezit maar dit kan delen met anderen. Wij mensen hoeven geen rivalen meer van elkaar te zijn, concurrenten die elkaar bestrijden, en dit alleen al is enorm bevrijdend. Er doemt iets op van een wereld die leeft uit de liefde, in vrede en in vrijheid. En als dat toch nog ver weg lijkt in moeilijke omstandigheden dan ben je vervuld van hoop.
Ooit was ik op een vakantiereis op een boot op zee voor een overtocht. Het was een heldere zomeravond en het achterdek was vol mensen van allerlei nationaliteiten die samen genoten van de rust van een rimpelloze zee en de zon die als een grote rode bal laag naar de horizon zakte. Er was daar ook een groep Engelse militairen die met een gitaar begonnen te zingen; he’s got the whole world in is hand, he is got the whole wide world in his hand. En iedereen begon mee te zingen. Iets van het visioen werd waar, het was onvergetelijk.
vader Paul
Preek op de 7e zondag van Pasen, 21 mei 2023
Vanouds is in de rooms-katholieke traditie deze zondag na Hemelvaart ‘Wezenzondag’ genoemd. Want als Jezus naar de hemel is gegaan, voelen de achtergebleven leerlingen zich een beetje als wezen die zonder ouders voortaan op eigen benen verder moeten gaan. Maar bij het laatste avondmaal heeft Jezus volgens Johannes gezegd: Ik laat jullie niet als wezen achter, ik kom bij jullie terug. Bovendien worden de leerlingen gesterkt door de Heilige Geest, die zij op het Pinksterfeest in alle volheid ontvangen. In feite is Jezus veel meer dan een bijzonder profetisch mens, die zijn volgelingen na zijn dood alleen met een mooie herinnering achterlaat. Steeds meer gaan de leerlingen na Jezus dood en verrijzenis inzien dat God zelf in Jezus aan hen verschenen is. Jezus is één in wezen met de Vader.
Zo werd het geformuleerd in onze geloofsbelijdenis op het concilie van Nicea van 325. En dit was een reactie op de Arianen die niet in de goddelijkheid van Jezus geloofden. De Byzantijnse traditie herdenkt vandaag op deze zondag de vaderen van dit concilie.
Jezus heeft God aan ons mensen op een heel bijzondere zichtbaar gemaakt. Zo bijzonder dat allen die in Jezus geloven door Hem een blijvende band met God kunnen beleven. Ik sprak een jongen die net eindexamen van zijn middelbare school heeft gedaan. Hij had als bijvak filosofie gekozen en de Deense denker en dominee Kierkegaard bestudeerd. Die jongen is niet kerkelijk opgevoed. Maar hij is diep geraakt door wat hij van Kierkegaard heeft geleerd. Hij zei mij: ik weet nu dat je als mens een heel innerlijke band met God mag beleven.
En dit horen wij vandaag ook in het evangelie. Jezus zegt daar in zijn gebed tot de Vader: ‘en dit is het eeuwige leven dat zij U kennen’. Dit "kennen" is niet een louter rationeel kennen. Maar het betekent dat wij mensen omgang hebben met God, met Jezus. We zeiden vroeger dat een meisje en een jongen "kennis hadden" aan elkaar. Ze kenden ze elkaar soms al, omdat ze in dezelfde klas hadden gezeten. Maar nu zijn ze een stel, ze hebben deel aan elkaars leven. Het woord kennen betekent hier dat je in een relatie leeft. Zo worden de leerlingen door Jezus in het gebed betrokken. Zij hebben de Vader leren kennen, erkennen Jezus als gezonden door de Vader. Daarmee zijn ze niet meer "van de wereld”. Zij hebben al deel aan het goddelijk leven! Nu Jezus naar de Vader gaat en hen in de wereld moet achterlaten, bidt hij voor hen. Als Jezus zelf niet meer op aarde zichtbaar voor hen kan zorgen, vraagt Hij dat de Vader hen mag bewaren in dezelfde verbondenheid als hij met de Vader heeft.
Van de week stond in de krant een verslag van een gezamenlijke dag van misdienaars uit ons land in Kevelaer. Kinderen nog: zij zeiden: nu ik misdienaar ben voel ik mij dichter bij God. Een jongen zei: God is altijd heel dicht bij mij. Hij heeft mij altijd geholpen. Een meisje zei: ik heb het idee dat God over mij waakt. Mooi om dit in de krant te lezen. En zo staan wij, beste mensen, met Christus in relatie als ranken aan de wijnstok. En die verbondenheid is het werk van de Heilige Geest. De Kerk komt tot leven door de Heilige Geest. We bidden om de Geest dat die de kerk mag vernieuwen. Zeker in deze tijd van het synodaal proces waar veel gelovigen in gesprek raken over de toekomst van de kerk. En in oecumenische openheid met andere christelijke kerken, zoals de lantaarn die in deze viering is binnengebracht symboliseert. En we bidden dat wij christenen er door mogen opleven. In liefde en zorg voor elkaar en in zorg voor deze zo enorm kostbare planeet aarde die wij mogen bewonen.
vader Paul
Preek op de tweede zondag van Pasen, Thomaszondag, 16 april 2023
Het geloof in de Verrijzenis van Jezus is niet vanzelfsprekend. Voor de leerlingen van Jezus was het volkomen onverwacht. De apostelen hebben er een echte transformatie door ondergaan. Van schuldbewuste bange mensen, die Jezus in de steek hadden gelaten, worden het moedige getuigen. Het is helemaal niet gek dat Thomas eerst nog twijfelt, hij wil zelf de wonden van Jezus zien en betasten. Maar als hij Jezus wonden gezien heeft weet hij dat de Verrezen Christus de gewonde Christus is. Die op een verschrikkelijke manier ter dood is gebracht. Wie gekruisigd werd moest wel door God vervloekt zijn, zo meende men. En toch door werd Hij door God uit de dood gered. De twijfelende Thomas komt tot een grootse en indrukwekkende geloofsbelijdenis: ‘Mijn Heer en mijn God’!
Het zegt veel dat de Verrezen Christus juist zijn wonden toont aan Thomas. Gods wereld is zo corrupt en door haat aangetast dat God zelf in Jezus de vreselijke gevolgen daarvan wilde ondergaan. Christus blijft verbonden met alle mensen die onschuldig lijden en vaak de diepste vernedering moeten ondergaan. De wonden die de twijfelende apostel Thomas aanraakte verwijzen naar de wonden van allen met wie Christus verbonden blijft. Heeft Christus niet gezegd: Ik had honger en dorstig en je hebt Mij te eten en te drinken gegeven, Ik was ziek en in de gevangenis en je hebt Mij opgezocht, Ik was vreemdeling en je hebt Mij opgenomen.
Wij kunnen Christus’ wonden aanraken in de littekens van onze naasten, in de littekens van hun lichaam, maar net zo goed ook in die van hun ziel.
Op de Paasicoon zien we hoe Jezus afdaalt in het rijk van de dood. Volgens de joodse traditie was God hier helemaal afwezig, het was een oord van duisternis en wanhoop, waar God niet meer gedankt of geloofd wordt. Maar als Jezus hier in afdaalt, dan heeft God zelf dit terrein van de dood betreden en is Hij zelf hier aanwezig, waar je het totaal niet zou verwachten.
Oekraïne is een land in oorlog. Ondanks de verschrikkingen van raketinslagen op gewone burgers en beschietingen op slagvelden vinden mensen juist kracht in het geloof. Ik laat u een foto zien van een icoon van de Moeder Gods die geschilderd is op de deksel van een munitiekist. Zonder krijt laag, direct op het ruwe hout. De schilder, Olexander Klymenko, heeft zo al meerdere iconen geschilderd. Hij zegt: ik schilder juist in deze oorlogstijd deze iconen als getuigen van de overwinning van het leven op de dood. We kunnen deze oorlog alleen met liefde winnen. Als ik bij de soldaten kom op zoek naar deksels van lege munitiekisten begroeten ze mij hartelijk. Als ze mijn iconen zien voelen ze zich niet langer kanonnenvoer, maar ze weten dat er iets transcendents moet zijn. Er is niet alleen de smerigheid, het vuil en het bloed van de oorlog. De soldaten zien deze iconen als Gods licht, midden in de duisternis van deze oorlog.
Wat betekent dit voor ons? God zelf bewandelt de weg van het lijden samen met hen die lijden. Met het uitzicht op de Verrijzenis. Jezus wil inderdaad dicht bij ons zijn ook als wijzelf lijden en verdriet kennen; Hij wil onze pijn op zich nemen. Wanneer we – zelfs in grote pijn – dit aanvaarden, krijgen lijden en dood niet langer het laatste woord. Dan komt de goddelijke liefde binnen in die ellende. Die liefde is sterker dan de dood, die liefde vergaat nooit.
vader Paul
(Zie bij Google: iconen Olexander Klymenko)
Preek met Pasen, 10 april 2023
Het blijkt dat de uitvoeringen van de Matheus Passie van J. S. Bach opvallend veel jongere bezoekers hebben getrokken. Ook de Passion die ook dit jaar nu in Harlingen werd gehouden kreeg veel aandacht, ook van niet-kerkelijke mensen. Met populaire songs en muziek werd het kruis van Jezus rondgedragen. Hoe kan het dat dit kruis nog steeds zoveel mensen aanspreekt? Als iets bijzonders, als een teken van hoop? Het kruis van Jezus toont aan dat een samenleving, of het nu de joodse en Romeinse is van 2000 jaar geleden of nu, telkens weer slachtoffers maakt. Onschuldige mensen die vervolgd en uitgebannen worden. Het meest onschuldige slachtoffer ter wereld is Jezus. En in de Verrijzenis van Jezus zien we dat God dit onschuldig slachtoffer rehabiliteert. In Jezus mogen we alle slachtoffers zien van alle tijden en over heel de wereld.
Maar Jezus is wel een heel bijzonder slachtoffer. Hij geeft zich in vrijheid. In vrijheid ging Hij naar Jeruzalem wetend dat Hij daar gedood zou worden. Hij wilde tot het laatste toe getuigen dat God liefde is die niemand buitensluit. Zijn dood maakt duidelijk hoe verkeerd het is als mensen buitengesloten worden. En er is nog iets heel bijzonders: Jezus vergeeft zijn beulen, hij vergeeft zijn onderdrukkers. Hij riep op het kruis: Vader, vergeef het hun want zij weten niet wat zij doen. En als hij op de avond van zijn Verrijzenis aan zijn verbijsterde leerlingen verschijnt, vergeeft hij hen ook. Zijn leerlingen die hem bij zijn gevangenneming als een mislukkeling zagen en die hem in de steek lieten en Petrus die hem verloochende.
De verrezen Jezus maakt een nieuw begin met hen. Jezus bevrijdt mensen van schuld maar ook als ze slachtoffer zijn geworden van wrok en wraakzucht. Hij wil niet dat mensen in een slachtofferrol blijven steken en alsmaar boos blijven om wat hen is aangedaan.
Het kruis van Jezus sticht een nieuwe eenheid onder alle mensen. Zodat niemand meer buitengesloten en tot slachtoffer gemaakt hoeft te worden. Het nieuwe testament helpt ons daarbij. Bij de broodvermenigvuldiging leerde Jezus dat je met weinig genoeg kan hebben omdat wij mensen met elkaar kunnen delen. En Paulus zei: in Christus is man noch vrouw, jood noch Griek, slaaf nog vrije, Romein noch barbaar. In Christus verdwijnen de tegenstellingen die wij mensen onderling maken, de stands- en klassen verschillen. Jezus brengt ons in een geheel nieuwe vrijheid. Hij zei: als je bidt, of vast of goede werken doet, doe het niet voor het oog van de mensen. Maar ga je binnenkamer in, keer tot jezelf in. En daar vindt je God die weet wat je nodig hebt. God zelf geeft je een nieuw gevoel van eigenwaarde. Het hangt niet af van wat de mensen van je vinden, van wat de buitenwereld van je verlangt. God wekt een nieuwe creatieve manier van leven in je op. Je hoeft niet mee te doen met wat de goegemeente vindt dat nodig is en wat de reclame ons aanprijst. Nee, vanuit een innerlijke vrijheid mogen we Jezus volgen, en proberen net als hij onszelf te geven in liefde en net als Hij tegenslag te dragen. En bij alles mogen we leven in hoop. Als mensen die opgewekt worden door de Verrijzenis.
vader Paul
Preek op de 4e zondag van de Vastentijd 19 maart 2023
Medechristenen,
Ogenschijnlijk gaat het in het Evangelie om een genezingsverhaal. Er doen een aantal partijen mee, maar het lijkt om de vraag van de vader te gaan om de bevrijding van de geesteszieke zoon, die ook niet kan spreken. Maar de boodschap gaat dieper. Het voorval kan ons de ogen doen openen naar de betekenis. En dat is heel goed, want deze lezing is gekozen met het oog op Pasen: het grote licht van de verrijzenis gaat blinken en daar mogen wij onze ogen niet voor sluiten. Immers ons hele leven is eigenlijk – gelovig gezien – een opklimmen naar de verrijzenis. Ik gebruik het woord 'opklimmen', omdat we vandaag ook de gedachtenis vieren van de heilige Syrische kluizenaar Johannes Climacus, de klimmer, Johannes van de ladder; daar kom ik nog op terug.
Het Evangelie – wat Blijde Boodschap betekent – begint met een twistgesprek. Gek genoeg zeggen we dat we niet van twisten houden, maar relletjes, opstootjes, vechtpartijen, protesten en wat nog meer van dat soort trekken heel veel bekijks en vragen aandacht. De met stomheid behepte zoon vertegenwoordigt dat gebeuren. Ook híj trekt bekijks, want zijn vader vraagt om genezing aan Jezus terwijl Jezus met een menigte van mensen in gesprek is. Wij – kleine en grote mensen – willen altijd scoren, ons gelijk hebben, punten verdienen, alleen maar slagen, soms ten koste van heel veel en van anderen. Dat brengt ons eigenlijk eerder tot sprakeloosheid, want als ons dat niet lukt, zijn we met stomheid geslagen.Er mag dan wel veel kabaal tussen mensen zijn, maar we wisselen dan met elkaar nog niets uit; soms verliezen we juist daardoor elkaar. We verwensen anderen wel met woorden, maar laten we weinig of niets tot ons zelf toe; we draaien ons in allerhande bochten, maar soms staan we perplex door blinde haat. De leerlingen van Jezus – zijn volgelingen en dat zijn ook wij in onze dagen – moeten er evenzeer van bewust zijn, dat wie alleen voor eigen gelijk vecht, zich gevangen zet in een duivelskring. Jezus vraagt echter om verwondering. Dat opent wegen. Hij laat zich op de vraag om genezing niet leiden door zijn bijzondere krachten, maar legt die kracht in handen van de leerlingen en de omstaanders. Jezus draagt op dit moment de kern van zijn boodschap (Evangelie) uit. Hij zegt: “Alles kan voor wie gelooft”. Onmiddellijk heeft die vader de voor de hand liggende oplossing: “Heer, ik geloof”, maar zijn geloof en zelfkennis gaat zelfs verder en hij zegt meteen: “Kom mijn ongeloof te hulp”.
De kracht van Jezus is hierin gelegen, dat Hij een vertrouwvolle relatie heeft met God. En die krijgt een zichtbare vorm in het gebed. Vanuit ons bidden tot God kan geloof en vertrouwen groeien en kunnen we loskomen van die sprakeloosheid en bezetenheid, die ons meer richt op ons zelf dan op de ander.In de brief aan de Hebreeën (1e lezing) schrijft de auteur ons: dat alléén vertrouwen en geloof in ons zelf op los zand is gebouwd, maar wie vertrouwen en geloof heeft in God, mag ervaren dat Gods belofte ook aan ons in vervulling zal gaan zoals dat ook aan Abraham is gebeurd. De belofte houdt in, dat er toekomst is – meer dan we ons zelf kunnen bedenken. Met Pasen in het vooruitzicht mogen wij geloven/vertrouwen, dat we niet alleen Pasen gedenken van Gods Zoon dat zo'n 2000 jaar geleden gebeurd is, maar dat Pasen hier en nu gebeurt en ook zal gebeuren, ook aan ons – meer dan we onszelf kunnen bedenken.
De heilige kluizenaar Johannes Climacus heeft een beroemd werk geschreven. Als kluizenaar en latere abt van het Catharinaklooster op de berg Sinaï schreef hij als het ware een paradijsladder voor het leven, een ‘wegwijzer’. (Paradijsladder is de vertaling van het woord Climacus en in de iconografie wordt hij altijd afgebeeld met de ladder van Jacob, die hemel en aarde verbindt – zoals op de voorzijde van het liturgieboekje te zien is). Dat werk bevat als het ware een dertigtal treden of oefeningen om een stapje hoger op de ladder te komen; telt u zo meteen maar na. (We willen immers toch scoren en hoge punten halen?) Het begint met: “Trouw te zijn aan je keuze” en eindigt met: “Vol van geloof, hoop en liefde”. Paulus spreekt daar ook over in zijn brieven. Die stap is in één keer onbereikbaar, maar met vele tussenstappen behoort het wel tot de mogelijkheden. Het Evangelie eindigt met de lijdensvoorspelling door Jezus. Maar deze eindigt niet met de dood, maar dat Hij uit de dood zal opstaan. Dat wij groeien in ons Paasgeloof.
Wim Tobé
Preek op Vergevingszondag, 19 feb. 2023
Een mens is een wezen met een enorm groot verlangen. Een verlangen dat nooit ophoudt, een verlangen dat naar het oneindige reikt. En dat onderscheidt ons van de dieren. Dieren jagen op een prooi of nemen ander voedsel zolang zij honger voelen, ze zoeken veiligheid als ze zich bedreigd voelen. Als ze dat gevonden hebben is hun verlangen gestild. Bij de mens houdt het nooit op. Volgens kerkvader Augustinus is ons verlangen ten diepste een verlangen naar God zelf. “Onrustig is ons hart totdat het rust vindt in U, o God”. Maar in het gewone dagelijkse leven zijn we ons hier meestal niet van bewust. Zeker, we zien in echte goedheid, in waarachtigheid en schoonheid al iets van God zelf. Maar ons edele verlangen kan ook omslaan in een egoïstisch begeren, begeren wat een ander bezit of de positie begeren die die ander inneemt. Niet voor niets zegt het laatste van de tien geboden dat wij niet mogen begeren wat een ander toebehoort. In feite zijn er in deze wereld nooit genoeg spullen om ieders begeerte te bevredigen. En het krijgen van een hogere positie waar je op aast is maar heel beperkt mogelijk. En zo ontstaat er rivaliteit tussen mensen, en dit leidt vaak tot oorlog en geweld.
Welnu, de Franse denker René Girard wijst op iets bijzonders. Om die onderlinge strijd in te tomen, wordt er in alle culturen en samenlevingen over de hele wereld en in alle tijden een zondebok gezocht. De agressie van allen tegen allen wordt de agressie van allen tegen één. En zo sluiten de gelederen zich weer en komt er tijdelijk eenheid en vrede. Die zondebok is vaak geheel onschuldig. Alle volkeren hebben mythen, verhalen die een volk bij elkaar houden. En die verhalen gaan over het geweld dat op die zondebok wordt uitgevoerd als iets goeds. Maar de Bijbel keurt dit af.
De Bijbel veroordeelt juist het geweld tegen de zondebok. De moord van Kain op Abel is een zondebok verhaal. Kain vertegenwoordigt de landbouw cultuur, die de voorafgaande nomade cultuur van Abel om zeep helpt. Maar de moord van Kain op Abel wordt in de Bijbel veroordeeld. In alle andere culturen wordt dit geweld juist goedgepraat. God beschermt Kain ook tegen nieuw geweld. En zo vertelt de Bijbel vervolgens over Jozef. Die is voor zijn broers de zondebok en die leveren hem uit aan Egyptische slavenhandelaren. De arme Job wordt door zijn vrienden beschuldigd terwijl hij onschuldig is.
Helaas hebben christenen dit vaak niet begrepen. En zo hebben christenen de joden eeuwenlang tot zondebok gemaakt. Maar de Bijbel komt juist voor de zondebok op. En zo is Jezus bij uitstek de totaal onschuldige zondebok. Hij is het Lam Gods. Niet voor niets zegt de hogepriester in het lijdensverhaal: het is beter dat één mens sterft dan dat het hele volk ten onder gaat. En als Jezus ter dood veroordeeld is worden Herodes en Pilatus vrienden. Het kruis van Jezus maakt ons bewust hoe wij mensen onschuldigen, eenlingen, maar ook groepen voortdurend tot zondebok maken. De onschuldige Jezus aan het kruis leert ons hoe zinloos het is om zondebokken te zoeken. Geweld roept alleen maar ander geweld op. Aan het kruis roept Jezus niet om vergelding maar vraagt Hij God om vergeving voor zijn beulen. Rondom het kruis verzamelt Hij mensen uit alle volkeren, opdat ook wij door Hem leren om vrede te stichten en te stoppen met alle geweld. Wat rest er dan nog? Enkel vergeving.
Niet voor niets is het vandaag in de byzantijnse traditie Vergevingszondag omdat morgen de grote Vasten begint, als voorbereiding op Pasen. Pasen is de overwinning op geweld en dood. Ja, ook de overwinning op Satan. Het woord Satan betekent: aanklager: Satan hitst ons mensen op tot geweld tegen de onschuldige zondebok. Maar tegenover de aanklager Satan is er een verdediger, en zijn Griekse naam is Parakleet, en dat is de naam voor de Heilige Geest. De Heilige Geest komt op voor de onschuldigen en brengt verzoening zodat er een eind kan komen aan alle geweld.
vader Paul